Ivanov - recensies


Klik hier voor de recensie van het NRC, Kester Freriks, van Maandag 8 november 2004

 

De Volkskrant

Mark Rietman excelleert als de onbegrepen Ivanov De Volkskrant, Marian Buijs, maandag 8 november 2004 Zijn vrouw is stervende, hij voelt zich schuldig dat hij haar geen liefde meer kan geven en hoe hij zich ook verzet, tegelijkertijd wordt zijn hoofd op hol gebracht door een jong meisje. Ivanov begrijpt zichzelf niet meer. Vroeger was hij vrolijk, werkte, had overal zin in. Nu is hij aldoor moe, er komt nauwelijks nog een gedachte in hem op. Niets kan hem nog schelen. Ivanov is het spoor bijster. Mark Rietman speelt hem bij het Nationale Toneel als een man die hopeloos met zichzelf in de knoei zit. Meestal kijkt hij zo'n beetje voor zich uit, melancholiek en onbegrepen. Als hij aan het woord komt, is zijn betoog één grote klacht. Hij heeft hoofdpijn, komt tot niets en is onophoudelijk met zichzelf bezig. Hij is onrustig en apathisch tegelijk. In de regie van Johan Doesburg is Ivanov vooral een hulde aan de titelheld en aan al zijn onbegrepenheid, die hem uiteindelijk tot zelfmoord aanzet. Doesburg toont het stuk in een weidse verrassende enscenering die bewijst dat Tsjechov weldegelijk stilering verdraagt. De groepsscènes zijn beweeglijk, schilderrijk, de scènes à deux intiem en ingetogen, ondersteund door subtiele live muziek door Harry de Wit. Het stuk is Tsjechov's eersteling. Hij schrijf het volgens eigen zeggen in twee weken. Zijn onervarenheid merk je. Veel scènes rammelen nog, de dramatische momenten liggen er wel dik op, en veel figuren ontkomen nog niet aan de karikatuur. Dat karikaturale krijgt bij Doesburg het volle pond: het gezelschap bij de Lebedevs waar Ivanov avond aan avond heen vlucht, is bijna een rariteitenkabinet. We zien de figuren als het ware door Ivanov's ogen. Tegen die kluchtige achtergrond is zijn eenzaamheid en onrust des te schrijnender. Allemaal zijn ze uit op hun eigen voordeel. Allemaal hebben ze hun oordeel over hem klaar. De Dokter, Pieter van der Sman, die in zijn rechtlijnige rechtschapenheid aan begrip niet eens toekomt, de parasiet graaf Sjabelskij (een clowneske Stefan de Walle), en zijn enige vriend, de dronkelap Lebedev ( een weergaloze Hans Hoes). In het mooiste bedrijf, het derde, voeren deze mannen een niets zeggend dronkenmansgesprek. Je ervaart hun onmacht en onbegrip haast aan den lijve. Intussen ligt er een wit kussen met bloed op de tafel, een teken dat er elders in dit huis een vrouw stervende is en naar haar man hunkert. Die vrouw wordt gespeeld door een sterke Marie-Louise Stheins. Ze is het tegendeel van een kwijnend slachtoffer. Alles trekt ze uit de kast om haar man terug te krijgen: ze smeekt, vergeeft en verleidt. Machteloos moet ze aanzien hoe hij zich laat inpalmen door een jong meisje.Tsjechov was erg te spreken over het karakter van Ivanov, "een rol waarin een acteur zijn gaven kan tonen." En dat is precies wat hier gebeurt. Rietman is onnavolgbaar, hij laat ons toe in zijn hoofd, in zijn onbegrepen ziel. Als hij zelf in zijn lucide momenten geenweerklank vindt, kan hij niet verder leven. Een pistoolschot is dan de enige uitweg.

Haagsche Courant

Doesburgs 'Ivanov' is caleidoscopisch

De Haagsche Courant, Bert Jansma, maandag 8 november 2004

Tsjechov de realist, Tsjechov de pessimist, Tsjechov de komediant en Tsjechov de satiricus, ze zitten alle vier in de 'Ivanov' die Johan Doesburg regisseert bij Het Nationale Toneel. Een caleidoscopische opvoering van het eerste toneelstuk van de Russische auteur (1887), het enige waar hij het etiket 'drama' op plakte – zijn andere stukken heten komedies.'Ivanov' is zowel het drama van de hoofdpersoon als dat van een tijdperk. Het Rusland van Tsjechov, min of meer in een impasse, op zoek naar een weg verder. En daarbinnen, geïsoleerd op zijn landgoed, die Ivanov, pessimistisch, nihilistisch misantropisch. Geworden. Want ooit was hij de ster van de streek, een man met ideeën en idealen. Hij is gebutst, geknakt, gebroken. Hij is óp, heeft zijn hoofd te vaak gestoten, heeft de liefde voor zijn doodzieke vrouw Anna Petrovna die voor hem haar joodse geloof opgaf voelen wegebben. Hij klampt zich nog vast aan het onschuldige meisje Sasja bij de verre buren, maar weet tegelijkertijd dat die liefde onmogelijk is en hij haar kapot zal maken.
Met het pistoolschot aan het slot van het stuk – Doesburg speelt wat dat betreft Tsjechovs tweede versie, in de eerste sterft Ivanov aan een hartaanval – maakt hij er een einde aan. Niet alleen een man in een depressie, in een midlifecrisis avant-la-lettre, maar vooral een man met existentiële twijfels, die de leegte in en om zich niet meer kan vullen.

De grote opgaaf bij 'Ivanov' is die hoofdpersoon niet te laten ondergaan in zelfmedelijdend geweeklaag, maar hem boeiend en acceptabel te houden. Mark Rietman brengt het in zijn hoofdrol bijzonder ver: intrigerend, oprecht van uitstraling, met steeds dat denkproces in zijn hoofd zichtbaar en navoelbaar gemaakt.

Regisseur Doesburg doet opmerkelijke dingen in zijn eerste Tsjechov-regie. Van een typisch-Russische couleur locale is alleen een samowar over die even langs het achterdoek wordt gedragen. Hij zet 'Ivanov' neer onder een enorme, per scène kantelende gietijzeren plaat (decor Tom Schenk), opent met de acteurs die gezamenlijk muziek maken op een manier waarin de dissonanten van later al hoorbaar zijn, en blijft daarna via musicus Harry de Wit. zichtbaar op het toneel, een subtiel veranderend geluidsdecor hanteren. Soms alleen een belletje, de vlijmende hoge toon als van een slecht afgestemde radio. Soms een themaatje op een zwevende piano en één keer komt zelfs 'Tico tico' in een bizar arrangement langs.

Escapisme
Elementen die een te eenzijdig monodrama van Ivanov moeten omzeilen en tegelijkertijd de werking ervan versterken. Datzelfde geldt voor Doesburgs karikaturale inkleuring van buurman Lebedjevs huis met acteurs die tijdens een kaartpartij bijna in expressionistische toonzetting over het toneel bewegen. Dit is het huis van de vlucht, het escapisme dat essentieel is voor bijna alle personages. De vlucht in een huwelijk om geld, de vlucht in de drank, de vlucht uit de neerdrukkende werkelijkheid.

Soms is de satire daar wel erg nadrukkelijk. Met achter een microfoon de in zijn integriteit op hol geslagen familiedokter (Pieter van der Sman) en de belastinginspecteur (Vincent Linthorst), die uit hun bol gaan. De laatste maakt zelfs een carnavalskraker van het feit dat zijn tegenpartij bij het kaarten z'n aas niet laat zien. Het contrast staat de homogeniteit van de voorstelling in de weg. Ook al wordt het drama van de scènes eromheen er wél sterk door geholpen.

Want die kernscènes staan er ronduit prachtig, met een grote warmte en een adembenemende ontroeringskracht. De laatste pogingen tot liefde en tederheid tussen Ivanov en Anna Petrovna (een mooie rol van Marie-Louise Stheins), het dodelijke slot ervan als beiden op tilt slaan in hun gevoelens.
De aangrijpende zuiverheid en naïeve onschuld van de jonge Manoushka Kraal als Sasja. Tsjechov de komediant, de humorist van zijn korte verhalen, zie je terug bij de in alcohol gedrenkte buurman Lebedjev en de klaplopende graaf Sjabelskij. Goed voor perfect komisch acteren van Hans Hoes en Stefan de Walle in deze opvallend veelkleurige Tsjechov.  

Tegenkleuren accentueren misère van hoofdpersoon in 'Ivanov' Een man als een gapend zwart gatDe Telegraaf, Marco Weijers, maandag 8 november 2004 Hoe hoger de top, hoe dieper het dal. Ooit leek de wereld om de energieke Ivanov te draaien, nu onttrekt hij zich het liefst aan dat gewoel. In het stuk dat Tsjechov aan hem wijdde, rest Ivanov slechts lusteloosheid. Zijn leven heeft alle kleur verloren, niets of niemand kan hem nog opbeuren. Geen redden meer aan. Dit jaar is het precies een eeuw geleden dat Anton Tsjechov (1860-1904) overleed. Het Nationale Toneel besteedt aandacht aan dat jubileum door een van zijn eerste toneelstukken op de planken te brengen. 'Ivanov', stammend uit 1887, heeft altijd in de schaduw gestaan van het latere werk van de Russische auteur. Met recht. Stukken als 'De kersentuin', 'Oom Wanja', 'Een meeuw' en 'Drie zusters' zijn evenwichtiger van opbouw en meer doorwrocht. Toch blijft 'Ivanov' de moeite waard, ook al omdat het probleem van de hoofdpersoon geenszins gedateerd is. Tegenwoordig plakken we er etiketjes op als 'depressie' of 'burn out'.Onbereikbaar
Duidelijk is in ieder geval dat het titelpersonage in 'Ivanov' bij de pakken neer zit. De grootgrondbezitter is murw geslagen, hoewel de oorzaak daarvan niet geheel duidelijk is. Zijn schulden stapelen zich op, zijn vrouw is ongeneeslijk ziek, hijzelf is het onderwerp van vuige roddels. De mensen in zijn omgeving proberen keer op keer zijn lethargie te doorbreken, ieder op hun eigen manier. Niets van dat alles lijkt hem te raken. Zijn zelfverachting heeft hem onbereikbaar gemaakt.

Mark Rietman speelt Ivanov met passende matheid. Op zijn eigen afgemeten manier maakt de acteur van hem een gevelde reus. Terwijl zijn postuur kracht suggereert, laat hij zijn schouders hangen en heeft hij een doffe uitstraling. Ivanov is een gapend zwart gat, een draaikolk die alle licht verzwelgt. Toch toont Rietman ook dat het levensvuur van zijn personage soms weer even opflakkert, onder invloed van intense emoties als woede en spijt. Waarmee zijn rol wint aan nuance.

In de regie van Johan Doesburg wordt Ivanovs deprimerende grijsheid geaccentueerd door de flamboyante mensen die hem omringen. Stefan de Walle, die de rol van Graaf Sjabelskij speelt, gaat daarin het verst. Zijn vertolking is effectief, maar grenst aan het karikaturale. Hans Hoes vindt als Lebedev dan toch een betere balans. Zijn dronkemansspeech is ronduit hilarisch, tegelijkertijd weet hij zijn personage voldoende diepgang te geven. Ook Manouska Kraal slaat met haar onbevangen bijdrage de spijker op z'n kop. Als de jonge Sasja hoopt zij Ivanov overeind te helpen en biedt hem haar liefde, met een mengeling van halstarrigheid, naïviteit en jeugdig idealisme.

Tsjechovs latere puntigheid is in dit stuk nog enigszins ongerijpt, waardoor niet alle andere personages even goed uit de verf komen en sommige scènes minder noodzakelijk lijken. Wel dragen ze stuk voor stuk bij aan de druk waaronder Ivanov dreigt te bezwijken. Net als de kakofonie van geluiden, de decorpanelen die als muren op hem afkomen en de algehele onrust om hem heen. 'Ivanov' is een beklemmend en tragisch portret van een man die niet meer kan.